Een caudale blokkade wordt toegepast bij pijn aan het staartbeen (stuitje) of andere pijn waar de onderste zenuwwortels bij betrokken (kunnen) zijn. Bij deze behandeling wordt onderaan de wervelkolom, boven het stuitje, een medicijn ingespoten. Het doel hiervan is de pijn te verminderen (als het ware te blokkeren). Het effect van de behandeling is doorgaans tijdelijk (weken tot maanden) en kan zo nodig worden herhaald.
Belangrijk om te melden
Neemt u altijd (voor uw volgende behandeling) contact op met de polikliniek Pijngeneeskunde als een van de onderstaande zaken op u van toepassing is en u deze nog niet heeft besproken met de pijnspecialist. Deze informatie kan belangrijk zijn voor uw behandeling.
- Gebruik van bloedverdunnende medicijnen
De pijnspecialist zal met u bespreken of en hoelang van tevoren u moet stoppen met de medicijnen. - Een (mogelijke) zwangerschap
Tijdens de behandeling wordt gebruikgemaakt van röntgenstralen. Deze zijn mogelijk schadelijk voor het ongeboren kind. - Allergie of overgevoeligheid voor jodiumhoudende contrastmiddelen, jodium, medicijnen of pleister.
De dag van de behandeling
De behandeling vindt plaats in de behandelkamers, locatie C 36. Vanaf de hoofdingang volgt u rechts de gele route (31 t/m 50).
U meldt zich op tijd bij de balie van het Behandelcentrum. U kunt daarna plaatsnemen in de wachtruimte.
Vanwege het gebruik van röntgenstralen kan een eventuele begeleider niet bij de behandeling aanwezig zijn. Rekent u op een verblijf in het ziekenhuis van ongeveer één uur. Uw begeleider kan tijdens uw behandeling gebruikmaken van het restaurant in de hal.
De behandeling
U gaat op uw buik op een smalle tafel liggen met een kussen onder het bekken. De huid wordt ontsmet en u krijgt een prik voor de verdoving van de huid. Er wordt een droog gaasje tussen uw billen geplaatst. Daarna plaatst de pijnspecialist onder röntgendoorlichting de naald tegen het heiligbeen. Ter controle van de positie van de naald wordt contrastvloeistof ingespoten. Vervolgens spuit de pijnspecialist een verdovingsmiddel en een ontstekingsremmend middel in bij de zenuwwortel.
De behandeling duurt ongeveer 10 minuten. Na de behandeling wordt u naar de nazorgkamer gebracht. Daar blijft u nog ongeveer een uur onder controle van de verpleegkundige.
Complicaties/bijwerkingen
De volgende complicaties of bijwerkingen kunnen optreden na een caudale blokkade.
- Tijdelijk kunt u minder kracht ervaren in uw benen. Dit trekt weg als de verdoving begint uit te werken.
- Als een bloedvaatje is geraakt bij het prikken, kan een bloeduitstorting (blauwe plek) ontstaan. De blauwe plek trekt vanzelf weg, maar kan pijn veroorzaken.
- Er kan een infectie optreden. Krijgt u koorts? Neem dan contact op met de pijnspecialist of uw huisarts.
- Als ontstekingsremmers (corticosteroïden) zijn ingespoten, kunt u ongeveer 3 dagen na de behandeling last hebben van bijwerkingen. Deze gaan vanzelf weer over. Mogelijke bijwerkingen zijn:
- rood of warm gezicht;
- opvliegers;
- ontregelde menstruatie – de anticonceptiepil kan gedurende één cyclus minder betrouwbaar zijn;
- spierkrampen;
- verhoogde bloedsuikerspiegel. Heeft u diabetes (suikerziekte)? Controleer dan de eerste dagen na de behandeling regelmatig de bloedsuikerspiegel.
Naar huis
Na de behandeling mag u dezelfde dag niet zelfstandig aan het verkeer deelnemen. U dient er zelf voor te zorgen dat iemand anders u naar huis brengt.
Weer thuis
Na een caudale blokkade kunnen de bestaande pijnklachten eerst verergeren. Dit is van tijdelijke aard. U kunt hiervoor eventueel een pijnstiller innemen (bijvoorbeeld paracetamol volgens bijsluiter). Op de prikplaats wordt een pleister geplakt. Deze mag u ‘s avonds of de volgende dag verwijderen. U kunt dan ook weer douchen en baden.
Pas na 6 weken kan het resultaat van de behandeling worden beoordeeld. De pijnbehandelaar spreekt met u af wanneer hij/zij u wil terugzien op de polikliniek voor controle.
Let op!
Binnen 5 uur na de behandeling moet u hebben geplast. Als dit niet lukt, moet u (direct na die 5 uur) contact opnemen met de polikliniek Pijngeneeskunde of de dienstdoende anesthesioloog.
Vragen?
Mocht u na het lezen van deze folder nog vragen hebben, dan kunt u contact opnemen met de polikliniek Pijngeneeskunde via telefoonnummer 020 – 755 7010.