Coloscopie voorbereiding

Om het laxeren in het ziekenhuis te bevorderen dient u thuis al wat voorbereidingen te treffen.

Wat kunt u thuis al doen?

• Begin twee dagen voor opname met een vezelarm dieet, zie blz. 5
• De avond voor opname neemt u ’s avonds om 22.00 uur 1 bisacodyl tablet. Het recept wordt naar uw eigen apotheek gestuurd.

Medicatie gebruik

Uw eventuele eigen medicatie neemt u normaal in , behalve:

• Geneesmiddelen voor suikerziekte: overleg van tevoren met uw arts.
• Bloedverdunners: overleg van tevoren met uw arts.
• Ijzermedicatie (ferrofumaraat of ferrogradumet): moet één week voor het onderzoek gestopt worden.

Opname in het ziekenhuis

Dag voor het onderzoek
U wordt om 15.00 uur de dag voor het onderzoek verwacht op afdeling kliniek beneden. Er zal een opname gesprek gevoerd worden, daar mag een partner/begeleider bij aanwezig zijn. In dit gesprek zal er informatie gegeven worden over wat u kan verwachten tijdens deze opname, zoals:

• Het krijgen van een neusmaagsonde;
• Het krijgen van een infuus;
• Het laxeren;
• Het volgen van een helder vloeibaar dieet;
• Het gebruik van medicatie.

Het laxeermiddel wordt gegeven via een maagsonde. Dit is een soepel slangetje dat via de neus naar de maag loopt. Deze sonde wordt aan het begin van de avond geplaatst en er zal dan direct gestart worden met het laxeren.
Het laxeermiddel zal ervoor zorgen dat u veel ontlasting krijgt, uiteindelijk ook in de vorm van diarree. Op het laatst is het zo dun als water. Hier kunt u buikkrampen bij hebben. Wanneer het laxeren goed is gelukt, is de ontlasting geheel vloeibaar en heeft het een licht gele kleur. Zie onderstaande afbeelding. U bent dan klaar voor het onderzoek.

Dag van het onderzoek
Het kan zijn dat het laxeren op het dag van het onderzoek nog bezig is. Het onderzoek kan pas plaatsvinden als de darmen geheel schoon zijn, als dit nog niet het geval is kan het zijn dat onderzoek uitgesteld moet worden. Zie afbeelding hierboven.
Wanneer de darmen schoon zijn wordt de maagsonde verwijderd.

Het onderzoek
Het onderzoek vind in principe plats onder verdoving met een “roesje”. Het roesje bestaat uit een slaapmiddel en een pijnstiller die via een infuus in het bloed terecht komen. In welke mate u verdoofd bent, wisselt per persoon. Sommige mensen vallen in slaap, terwijl andere alleen wat versuft zijn. Door het roesje bent u in ieder geval meer ontspannen en voelt u minder pijn. Als u liever geen roesje wilt, kunt u dat uiteraard van tevoren aangeven, het is zeker niet bij iedereen nodig.
Het onderzoek duurt ongeveer een half uur. Tijdens het onderzoek begint u op uw linkerzijde. De endoscoop wordt langzaam via de anus ingebracht. Tijdens het onderzoek wordt lucht ingeblazen om de darm te ontplooien en goed zicht te krijgen.

Hierdoor kunt u:
– een opgeblazen gevoel en krampen krijgen;
– een gevoel van aandrang krijgen.

Tijden het onderzoek wordt een elektronisch meetapparaatje op uw vinger geplaatst. Zo kunnen we de hartslag en het zuurstofgehalte in uw bloed controleren. Wilt u zorgen dat de wijsvinger van beide handen vrij zijn van nagellak en kunstnagels?

Als u tijdens het onderzoek pijn heeft, is het belangrijk dit meteen te melden. Dan kan misschien extra pijnstilling worden toegediend. Als u winden moet laten mag u dat gewoon laten gaan, dat maakt het onderzoek makkelijker en lucht op.

Zo nodig wordt tijdens het onderzoek een stukje weefsel afgenomen (biopt) of een poliep (soort zwelling) verwijderd. Hier voelt u niets van.

Na het onderzoek
Als u een roesje heeft gekregen, slaapt u uit op de afdeling. Uw bloeddruk wordt nog enige tijd gecontroleerd en u krijgt wat te eten en te drinken. Twee uur nadat u het roesje heeft gekregen, mag u naar huis. Let op:

• Alleen naar huis onder begeleiding van een familielid of kennis;
• Beslist NIET zelfstandig aan het verkeer deelnemen.

Het is verstandig om de rest van de dag thuis door te brengen. Na het onderzoek ervaren sommige patiënten nog een vol gevoel, gasvorming of lichte krampen. Dit moet na 24 uur verdwenen zijn.

De uitslag
De maag-, darm- en leverarts of internist kan meestal direct na het onderzoek een voorlopige uitslag geven. De uitslag van het weefsel dat is afgenomen, is niet meteen beschikbaar. Hierover maakt de arts verdere afspraken met u.

Risico’s van het onderzoek
Een coloscopie is een veilig onderzoek. Toch kunnen er in zeldzame gevallen complicaties optreden (problemen tijdens het onderzoek). Dit gebeurd maar bij minder dan 1 op de 1000 patiënten. Wanneer extreem grote poliepen verwijderd worden, is de kans op problemen wat groter: 1 op de 100 patiënten.

Mogelijke problemen zijn:

• Een beschadiging van de darmwand (perforatie). Meestal herstelt zo’n beschadiging vanzelf. Bij een enkel geval is een operatie nodig.
• Een nabloeding na afname van biopten of het verwijderen van een poliep. De meeste bloedingen kunnen tijdens het onderzoek makkelijk behandeld worden door een bloedend vaatje dicht te schroeien zonder dat u daar iets van merkt. Een enkele keer is een bloedtransfusie (toedienen van bloed van een bloeddonor) of een tweede scopie nodig. Een operatie is hiervoor bijna nooit nodig.

Alternatieven
Een alternatief om de darm in beeld te brengen is een CT-scan (CT-colografie). Hiermee kunnen poliepen, tumoren en vernauwingen opgespoord worden.

Nadelen van een CT-scan zijn:

• Kleinere poliepen kunnen gemist worden;
• De wand van de darm kan niet geïnspecteerd worden (ontstekingen en wondjes kunnen niet bekeken worden);
• Het is niet mogelijk poliepen te verwijderen of weefsel af te nemen. Als er afwijkingen vermoed worden, moet er alsnog een coloscopie worden gedaan om dit zeker te weten (en te behandelen).

Vragen
Wij moedigen u aan om al uw vragen en zorgen over het onderzoek van tevoren met uw arts te bespreken.

Contact met het ziekenhuis
Wij willen u op het hart drukken om na de coloscopie in de volgende gevallen meteen contact op te nemen met het ziekenhuis:

• Bloedverlies;
• Heftige buikpijn;
• Andere problemen.

U kunt ons 24 uur per dag bereiken via het algemene telefoonnummer van het ziekenhuis 020 755 7000