Bij een afwijkend uitstrijkje is soms vervolgonderzoek nodig. Hierbij kijkt de arts bijna altijd eerst met een microscoop naar de baarmoedermond. Dit wordt colposcopie genoemd.
Blijkt bij colposcopie dat de cellen afwijkend zijn, dan zijn er verschillende mogelijkheden:
- de gynaecoloog vindt afwachten verantwoord
- hij of zij kan een lisexcisie adviseren
- hij of zij kan een conisatie adviseren
Nieuw uitstrijkje: testen op hrHPV en invoering van zelfafnameset
In het ‘oude’ bevolkingsonderzoek werd het uitstrijkje alleen onderzocht op afwijkende cellen. In het vernieuwde bevolkingsonderzoek wordt eerst getest op de aanwezigheid van hrHPV (humaan papillomavirus). Als er hrHPV aanwezig is, wordt het uitstrijkje getest op afwijkende cellen. Op deze manier wordt eerder duidelijk of vrouwen risico lopen op het krijgen van baarmoederhalskanker.
Nieuw is ook de zelfafnameset. Voor sommige vrouwen is het laten maken van een uitstrijkje erg moeilijk. Bijvoorbeeld door vervelende seksuele ervaringen in het verleden, of omdat het maken van een uitstrijkje moeilijk gaat. Deze vrouwen kunnen een zelfafnameset aanvragen. Het zelf afgenomen materiaal wordt getest op de aanwezigheid van hrHPV. Als dit wordt gevonden (bij ongeveer 5 van de 100 vrouwen), kunnen deze vrouwen alsnog een uitstrijkje bij de (assistente van de) huisarts laten maken.
8 van de 10 mensen die een keer seks hebben gehad raakt een keer besmet met hrHPV
Eén keer seks kan al genoeg zijn om besmet te raken met hrHPV. Baarmoederhalskanker, schaamlip-kanker en anuskanker zijn niet seksueel overdraagbaar. Het zijn zeldzame gevolgen van een besmetting met een hrHPV. Als je een besmetting hebt opgelopen, ruimt je lichaam dat meestal vanzelf weer op.
Vernieuwing bevolkingsonderzoek leidt tot minder sterfte
Jaarlijks sterven in Nederland ongeveer 200 vrouwen aan baarmoederhalskanker. Ongeveer 75 extra gevallen van baarmoederhalskanker en 18 sterfgevallen worden jaarlijks voorkomen door deze verandering in het bevolkingsonderzoek. De zelfafnameset voorkomt naar verwachting nog eens 33 gevallen van baarmoederhalskanker en 12 sterfgevallen per jaar.
Heeft u vragen of wilt u meer informatie over de veranderingen van het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker? Kijk op het Rijks Instituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), dat het bevolkingsonderzoek coördineert.