Een flow-residumeting is een onderzoek naar de wijze waarop u plast. De uitslag zegt iets over de werking van de blaas.
Tijdens dit onderzoek wordt het volgende gemeten:
- de kracht van de straal;
- hoelang het plassen duurt;
- hoeveel urine geplast wordt;
- het plaspatroon (gelijkmatig of met onderbrekingen).
Voor het onderzoek is het van belang dat u een volle blaas heeft. Met een halfvolle blaas kan geen juiste meting gedaan worden.
Voorbereiding
U zorgt ervoor dat u met een goed gevulde blaas op de polikliniek komt. De blaas moet niet overvol zijn.
Dit betekent dat u thuis eerst uitplast en daarna begint met drinken. Vervolgens houdt u de urine op totdat u zich op de polikliniek Urologie meldt.
Houd rekening met het volgende:
wat u drinkt komt na ongeveer 1,5 uur als urine in de blaas.
Op de polikliniek wacht u met plassen totdat u normaal gesproken ook naar het toilet zou gaan.
Flowmeting
Voor de flowmeting plast u op een speciaal toilet (een stoel met een trechter eronder). De bedoeling is dat u in de trechter plast; deze is verbonden met een computer die de metingen doet. Mannen kunnen zowel zittend als staand gebruikmaken van het toilet.
Het is belangrijk dat u plast zoals u gewend bent. Probeer daarom zo ontspannen mogelijk te plassen. Het onderzoek lukt het beste als u een normaal tot sterk aandranggevoel heeft.
Residumeting
Na de flowmeting wordt met behulp van een uitwendige echo de hoeveelheid urine gemeten die na het plassen in de blaas is achtergebleven (residu).
Uitslag
Na de flow- en residumeting neemt u plaats in de wachtkamer. Daarna komt u bij de uroloog en wordt de uitslag van dit onderzoek besproken.
Vragen en verhindering
Wanneer u nog vragen heeft, kunt u op werkdagen bellen met de polikliniek Urologie.
