Na hersenletsel kan het slikken op verschillende manieren verstoord zijn. In sommige gevallen kan het enige tijd onmogelijk zijn om te slikken, zodat een patiënt op een andere wijze voedsel moet krijgen. Dit kan bijvoorbeeld door een slangetje via de neus in de maag te brengen (maagsonde) of door een slangetje via de buikwand naar de maag te leiden (PEG-sonde). Een PEG-sonde wordt meestal geplaatst als verwacht wordt dat de patiënt voor langere tijd afhankelijk zal zijn van sondevoeding.
Wanneer iemand zich regelmatig verslikt in eten of drinken, is het mogelijk dat voedsel of vocht in de longen terechtkomt. Het risico op een longontsteking is dan aanwezig.
Rol van de logopedist
Wanneer slikstoornissen worden vermoed, onderzoekt de logopedist de aard en ernst hiervan. De logopedist brengt het functioneren van de patiënt op het gebied van mondmotoriek en het gevoel in en rondom de mond in kaart. Daarnaast beoordeelt de logopedist of eten en/of drinken veilig verloopt.
Indien sprake is van verslikken bij een bepaalde voedseldikte (consistentie), wordt geadviseerd om het eten en drinken aan te passen. Dit varieert van dun of dik vloeibaar tot gemalen of normaal vast voedsel.
Zodra de patiënt met slikstoornissen het ziekenhuis verlaat, is in de meeste gevallen een vervolg van logopedie nodig. Er volgt dan een overdracht naar een logopedist in een vervolginstelling of een logopedist in de eerste lijn.
Aangepast dieet
De voedingsaanpassingen zijn meestal van tijdelijke aard en zijn bedoeld om complicaties bij verslikken te voorkomen, zoals het eerdergenoemde risico op een longontsteking.
Algemene adviezen voor de patiënt
- Ga goed rechtop zitten tijdens het eten en drinken.
- Vermijd afleiding tijdens het eten of drinken.
- Let op de stand van het hoofd tijdens het eten en drinken, dat wil zeggen: zit goed rechtop of zelfs iets naar voren gebogen met de kin richting borst.
- Let erop dat geen voedselresten in de mond achterblijven.
Ter aanvulling voor familie en omgeving
- Overleg altijd met de verpleging wat de patiënt mag eten of drinken.
- Vraag om hulp wanneer de patiënt gaat hoesten/kuchen of het benauwd krijgt.
Vragen?
Als u nog vragen heeft over slikproblemen en/of de aanpassing van de voeding, dan kunt u terecht bij de verpleegkundige of vragen naar de logopedist.